Lymfe
In ons weefsel is altijd vocht aanwezig, het weefselvocht. Dit vocht is nodig voor de uitwisseling van zuurstof, voedingsstoffen, afvalstoffen en kooldioxide. Een deel van dit vocht wordt door de lymfevaten opgenomen en heet op dat moment lymfevocht. Het is dan een witte tot lichtgele vloeistof. Na bewerking door ons lichaam wordt dit vocht weer aan het bloed terug gegeven. Dit gebeurt ongeveer ter hoogte van de sleutelbeenderen.
In lymfevocht zitten veel eiwitten. Het heeft een belangrijke functie bij de afweer tegen ziekmakende micro-organismen. De lymfevaten worden overal in het lichaam onderbroken door lymfeknoopjes en grote lymfeknopen. Hier worden zoveel mogelijk schadelijke stoffen en bacteriën en virussen worden onschadelijk gemaakt door de witte bloedcellen die in het lymfevocht aanwezig zijn. Wanneer er gesproken wordt over de lymfeknopen worden hiermee de grotere knopen bedoeld zoals bijvoorbeeld in de oksel, liezen en hals. Dit zijn ook de knopen die, gedeeltelijk, weggehaald kunnen worden bij (borst)kanker.
Lymfoedeem
Wanneer er teveel lymfevocht in het lichaam blijft, heeft dit lymfoedeem. In een arm zit al een liter lymfevocht voordat met een centimeter de toename van de omvang gemeten kan worden. Als patiënt kan je dit al voelen als zwaar en vermoeiend.
Lymfestelsel
Het lymfestelsel is opgebouwd uit hele dunne vaten. Net als bij de aders en slagaders zitten er in de huid hele kleine dunne vaatjes. Hoe verder de vaatjes de het lichaam in gaan, hoe dikker en groter dat ze worden. Ook dan nog blijven de lymfevaten heel dun en kwetsbaar.