Een BCC (basaalcelcarcinoom) komt het meest voor (ongeveer 70% van alle huidkankers). Het komt niet alleen het meeste voor, er zijn steeds meer mensen die ook op jongere leeftijd BCC’s blijken te krijgen. Een BCC zaait niet uit en wordt daarom ook wel eens ‘goedaardige’ huidkanker genoemd. Hoe meer zon de huid heeft gehad, hoe groter de kans op een bcc op hoofd en hals. Op de romp zou ook zonverbranding een BCC versterken. Ondanks dat een basaalcelcarcinoom niet uitzaait is het toch het verstandig dat een BCC wordt weggehaald. Het weghalen van een klein BCC is snel gedaan en laat geen litteken achter. Hoe groter het BCC, hoe meer huid weggenomen moet worden en groter de kans op een litteken en andere nadelen van littekens
Een PCC of SCC (plaveiselcel of squameuscel carcinoom) komt veel minder vaak voor dan een BCC (ongeveer 17% van alle huidkankers), maar net iets vaker dan een melanoom. In een laat stadium komt het wel eens voor dat een plaveiselcelcarcinoom uitzaait. Een plaveiselcelcarcinoom groeit langzaam.
Een PCC komt vooral voor op plaatsen waar veel zon komt, zoals handruggen, buitenzijde onderarmen en het gezicht. Het begint vaak met een lichtrood bobbeltje met een zweertje in het midden. Actinische keratose is meestal een voorstadium van een plaveiselcelcarcinoom. Een PCC/SCC groeit erg langzaam. PCC’s/SCC’s kunnen, als ze lang aanwezig zijn, uitzaaien. Het verschil tussen een BCC en PCC/SCC is in het begin stadium nauwelijks te zien.
Melanomen komen het minst voor (ongeveer 10% van alle huidkankers). De kans dat u een melanoom heeft is niet groot. Een melanoom kan bij een te late ontdekking wel uitzaaien. Daarom is het wel belangrijk een verschil te maken tussen een onschuldige huidverandering en een mogelijk melanoom. De ABCD-regel kan een eerste hulpmiddel zijn.
Hoe vaker de huid verbrand is geweest, hoe groter de kans op een melanoom. Vooral het verbranden in de jeugd maakt de kans op een melanoom groter. Ook het intensief zonnen vergroot de kans op een melanoom zeker wanneer de huid niet gewend is aan de zon. Bij melanomen is ook de aanleg een belangrijke factor. Komt een melanoom in de familie voor, dan is de kans op een melanoom bij andere familie leden ook groter (dan gemiddeld), heeft u al een keer een melanoom gehad dan is de kans dat u weer een melanoom net iets groter dan wanneer u nog nooit een melanoom heeft gehad.
Heeft u meer dan 6 moedervlekken op 1 arm dan heeft u ook een iets grotere kans op het ontwikkelen van een melanoom (gegevens komen uit ‘Pardermica” nummer 2016). Wanneer heel veel moedervlekken op uw lichaam heeft is een regelmatige controle wel verstandig. De meeste mensen met zoveel moedervlekken staan vaak al onder controle van een dermatoloog.
Actinische keratose
Voor dat een plekje huidkanker, vooral een plaveiselcelcarcinoom wordt, is dit vaak al aan de huid te zien. Dit heet actinische keratose. Dit is nog wel eens in grote hoeveelheden te zien bij kale mannen die graag buiten komen. Het kan nog lang duren voordat dit huidkanker wordt. Actinische keratose wil nog wel eens verward worden met eczeem. Het weghalen van actinische keratose gaat snel en is niet ingewikkeld. Wanneer het gebied groot is, wordt meestal een crème voorgeschreven door de dermatoloog die het hele gebied behandeld. U heeft dan enkele weken schilfers op de huid maar alle actinische keratose en mogelijke plaveiselcelcarcinomen en basaalcelcarcinomen zijn dan behandeld. Dit is zeker niet de enige methode. De dermatoloog beslist welke methode bij u de beste methode is.